Schoonmaakvissen: Alles wat je over ze moet weten!
Een aquatische omgeving, zoals elk biotoop, herbergt dieren met een specifieke functie in de voedselketen. In aquariophilie is een aquarium daarom (naast de hand van de mens) afhankelijk van de aanwezigheid van schoonmaakvissen om het evenwicht en de duurzaamheid van zijn ecosysteem te verzekeren. Duik in de kern van een fascinerende wereld...
Oorsprong van de schoonmaakvissen
Men kan niet spreken over een specifieke schoonmaakvis, want er bestaan verschillende geslachten en soorten, soms meer dan honderd, voor hetzelfde geslacht.
Naast hun fysieke kenmerken, zult u de belangrijkste geslachten van schoonmaakvissen ontdekken en de identiteitskaart die uniek is voor elk van hen.
Hun fysieke kenmerken
Elk geslacht van schoonmaakvis vertoont gemeenschappelijke kenmerken, met name de grootte en het dieet.
De Otocinclus of "dwergmeerval"
Dit is een kleine vis van 4 tot 7 cm. Het lichaam is langwerpig, slank en aan de voorzijde licht afgeplat. Hij heeft een fijne streep over tweederde van zijn rug. Er is een kleine "V"-vormige doorn op de dorsale vin.
- Wetenschappelijke naam: Otocinclus
- Familie: Loricariidae
- Oorsprong: Zuid-Amerika
De Corydoras
Hun grootte is van 3 tot 7 cm. De buik is plat en de rug hoog en afgerond. De Corydoras hebben 2 baarddraden die lijken op snorharen, gelegen aan weerszijden van de mond. Deze kleine meervalkatten tellen 170 geregistreerde soorten.
- Wetenschappelijke naam: Corydoras
- Familie: Callichthyidae
- Oorsprong: Zuid-Amerika
De Loche Luipaard
Deze kleine vissen meten tussen 6 en 8 cm. Het lichaam is lang en plat in de vorm van een "8". De kleur is licht wit met zwarte patronen die het vachtpatroon van de katachtige nabootsen, vandaar hun naam. De staartvin heeft 3 verticale zwarte lijnen. Een ventrale mond en zuigende borstvinnen in de vorm van een schijf stellen hen in staat zich aan de wanden van het aquarium te hechten. De mond, zeer achterwaarts gelegen, dient om adem te halen en te eten.
- Wetenschappelijke naam: Sewellia Lineolata
- Familie: Balitoridae
- Oorsprong: eerder koud water (20° tot 24 °) - Mekong-bekken
De Gewone Ancistrus
De Ancistrus meet ongeveer 12 cm en kan op volwassen leeftijd 20 cm bereiken. Ze zijn bruin van kleur maar bestaan ook in geel en wit (albino). Makkelijk herkenbaar, de Ancistrus heeft een brede mond en een snuit omzoomd met baarddraden (voor de mannetjes), vlezige lippen, een rij fijne schurende tanden. Zijn vinnen zijn stekelig. Er zijn ongeveer zestig soorten Ancistrus.
- Wetenschappelijke naam: Ancistrus Dolichopterus
- Familie: Loricariidae
- Oorsprong: Zuid-Amerika voornamelijk het bekken van de Amazon en de Rio Negro
De Peckoltias
Deze soort meerval is ongeveer 9 tot 11 cm en soms zelfs 15 cm groot. Het heeft een heldergele kleur met zwarte strepen en heeft een zuigmond-achtige mond.
- Wetenschappelijke naam: Peckoltia
- Familie: Loricariidae
- Herkomst: Brazilië – Rio Tapajos
De Zwarte Streep Barbeel of "algeneters"
Deze vissen meten tussen 14 en 16 cm. Het lichaam heeft een langwerpige vorm en is bruin van kleur neigend naar zilver. Het wordt gestreept door 3 banden waaronder een lange zwarte lijn die ook een deel van de staart bedekt. De mond heeft een of twee paar baarddraden.
- Wetenschappelijke naam: Crossocheilus Oblongus
- Familie: Cyprinidae
- Herkomst: Zuidoost-Azië (bekken van de Mekong en de Chao Phraya en het Maleisisch schiereiland)
De Epalzeorhynchos
De meest bekende soort van Epazeorhynchos is de Epalzeorhynchos Kalopterus of de Mooivin Barbeel. Deze vis is tussen 15 en 18 cm lang. Zijn lichaam toont een zwarte band overdekt met een gouden band tot aan de staart. Zijn buik is wit/roze en zijn rug bruin. Zijn vinnen zijn gespikkeld met wit. De Frénatus, een andere bekende soort van Epalzeorhyncos, wordt gekarakteriseerd door een zwart lichaam met rode vinnen.
- Wetenschappelijke naam: Epalzeorhynchos
- Familie: Cyprinidae
- Herkomst: Indonesië
De Farlowella
Dit zijn stokvissen of takvissen vanwege hun eigenaardig langgerekte vorm die lijkt op een dun stuk hout. Hun bruinachtig gekleurde lichaam meet tussen 16 en 20 cm. Het geslacht Farlowella omvat 27 verschillende soorten waaronder de Farlowella Vittala, de meest voorkomende.
- Wetenschappelijke naam: Farlowella
- Familie: Loricariidae
- Herkomst: Colombia en Venezuela en breder in de tropische en subtropische gebieden van Zuid-Amerika.
De Gyrinocheilid
De Gyrinos meten van 12 tot 28 cm. Het lichaam is tweekleurig (zilver en zwart). De naar beneden gerichte zuigmond.
- Wetenschappelijke naam: Gyrinocheilus Aymonieri
- Familie: Gyrinocheilidae
- Herkomst: Thailand
De Baryancistrus
Het lichaam van de Bartancistrus wordt gekarakteriseerd door een zeer ontwikkelde achtervin die een soort zeil vormt. Hun mond is bijzonder groot. Deze meervallen meten tussen de 20 en 25 cm. De meest bekende Baryancistrus is de Golden Nugget, een zwarte vis bezaaid met zwarte punten en met vinnen die eindigen met een kleurige geel punt.
- Wetenschappelijke naam: Baryancistrus Xanthellus
- Familie: Loricariidae
- Herkomst: Tropisch Zuid-Amerika
De Synodontis
De Synodontis hebben een gedrongen lichaam met een dorso-ventraal min of meer afgeplat uiterlijk. De vinnen zijn zeer ontwikkeld en sommige delen van de borst- en rugvinnen zijn veranderd in stekels die als verdedigingsmiddel dienen. De Synodontis hebben ook baarddraden rond hun mond. Er bestaan meer dan honderd soorten Synondontis.
- Wetenschappelijke naam: Synodontis
- Familie: Mochokidae
- Herkomst: Rivieren en meren in Afrika
De Plecos
Deze grote vissen (ongeveer 30 cm) kunnen tot 50 cm lang worden als ze volwassen zijn en hebben een zuigmondvormige mond en dikke lippen met fijne tanden. Zo schrapen ze de microalgen die aan de wanden van het aquarium vastzitten weg. De borstvinnen zijn voorzien van stekels.
- Wetenschappelijke naam: Hypostomus Plecostomus
- Familie: Loricariidae
- Herkomst: Guyana – Noord van Zuid-Amerika
De Clown Botias of Clown Loaches
De Clown Loaches zijn vissen met een oranje lichaam gestreept met drie brede zwarte banden. Het lichaam meet tussen 15 en 30 cm. Het hoofd is voorzien van 4 paar baarddraden. Het mannetje is kleurrijker dan het vrouwtje en heeft een staartvin met naar binnen gerichte punten. Bij het vrouwtje zijn ze rechter.
- Wetenschappelijke naam: Chromobotia Macracanthus
- Familie: Botiidae
- Herkomst: Indonesië
Hun karakter en vaardigheden
Afhankelijk van hun geslacht bezetten schoonmakende vissen verschillende niveaus in het aquarium en vervullen ze verschillende missies. Ze zijn naar gelang de soort bodemvissen/detritivoren of zuigvissen/ruitwassers.
De bodemvissen en detritivoren
De meeste bodemvissen zijn meervallen die vaak een sterk karakter hebben en zeer territoriaal zijn onder elkaar. Ze worden "bodemvissen" genoemd, omdat ze simpelweg dicht bij de bodem leven.
Uitgerust met baarddraden doorzoeken zij de bodem en hoeken van decoraties op zoek naar micro-organismen en afval die zij makkelijk kunnen verwijderen. Ze dragen zo actief bij aan de reinheid van het aquarium en aan de voedselketen waarvan ze een essentiële schakel zijn. De Corydoras, de Botias en de Plecos zijn de koningen van het schoonmaken!
De zuigvissen of ruitwassers
Deze vissen zijn herkenbaar aan hun zuigmondvormige mond omringd door een rij schurende tanden. Ze besteden hun tijd vastgeplakt aan de ruiten van het aquarium of aan een onderdeel van de decoratie.
Met de Ancistrus en de Gyrinocheilid zal het glas en de decoratie van uw aquarium perfect schoon zijn.
Het karakter van elke soort
