Hoe verloopt de voortplanting bij fretten?
Om echte huisdieren te worden, moeten fretten, zowel mannetjes als vrouwtjes, gesteriliseerd worden. Het niet-gesteriliseerde mannetje heeft een bijzonder intense en blijvende geur die hem slecht geschikt maakt voor het huishoudelijk leven en hij kan ook enige agressiviteit vertonen jegens andere mannetjes. Het vrouwtje, als ze niet paart, kan te maken krijgen met ernstige gezondheidsproblemen (als gevolg van haar krolsheid): ze zou elk jaar moeten kunnen paren, onafhankelijk van de keuze om de kleintjes te houden of niet na het spenen. Als je echt fretten wilt fokken, moet je rekening houden met enkele belangrijke en serieuze overwegingen. Als alles correct verloopt, kan het nest zeer groot zijn en moet elk jong een pleeggezin vinden, omdat het niet mogelijk zal zijn om ze allemaal te houden.
Inhoudsopgave:
De voortplantingscyclus
De voortplantingscyclus van de fret wordt sterk beïnvloed door de seizoenen, vooral door de fotoperiode (het aantal uren licht op een dag).
Fretten, zowel mannelijk als vrouwelijk, bereiken de geslachtsrijpheid in de lente van het jaar volgend op hun geboorte, op een leeftijd tussen 5 en 9 maanden. De puberteit is dus afhankelijk van het seizoen en niet van de leeftijd. Op dezelfde manier, bij seksueel volwassen fretten, na de winterse rustperiode, begint de seksuele activiteit weer in de lente. Bij fretten die leven onder kunstlichtomstandigheden, zoals thuis in de winter, kan een lange fotoperiode het begin van de puberteit beïnvloeden, waardoor deze eerder kan plaatsvinden dan verwacht. Bij het mannetje is er in de lente een sterke toename van de testikels te merken, een verandering in zijn gedrag door de hormonen, verhoogde agressiviteit en afscheiding van een sterke lichaamsgeur. Het vrouwtje is krols in het voorjaar en deze krolsheid houdt aan tot de paring of totdat de fotoperiode vermindert met de komst van de herfst, wat potentieel de oorzaak kan zijn van vrij ernstige gezondheidsproblemen. Een hoog niveau van oestrogeen gedurende langere tijden kan het beenmerg daadwerkelijk beschadigen, verantwoordelijk voor de productie van bloedcellen (hyperoestrogenisme).
Andere fysiologische veranderingen treden ook op, zoals een toename van de voedselinname en gewichtstoename tijdens de koude periode en de verandering in de kleur van zijn vacht in de lente en de herfst. Fretten zijn in staat om zich voort te planten gedurende 3-4 jaar.
Bij fretten is de paring bijzonder ruw, zelfs gewelddadig. Het mannetje grijpt het vrouwtje bij de nek en sleept haar zonder dat ze weerstand biedt. De twee dieren paren meerdere malen, met korte en regelmatige tussenpozen. Let op dat ze niet meer dan twee dagen alleen worden gelaten tijdens de krolse periode. De datum van de dekking moet zorgvuldig worden genoteerd om de geboortedatum van de jongen nauwkeurig te berekenen.
De dracht
De dracht heeft een gemiddelde duur van 42 dagen (tussen 38 en 44). Het vrouwtje verbruikt meer voedsel, dat altijd tot haar beschikking moet zijn en haar slaapperiodes worden langer. Gedurende de laatste twee weken van de dracht moet ze alleen in haar kooi blijven (andere fretten zouden de jongen kunnen doden), om te wennen aan opgesloten zitten en in een rustige omgeving. Op deze wijze zal ze binnen de bevallen, om de vele gevaren die buiten op de loer liggen te vermijden. De beste bodembedekking is die van gerecycled papier, maar het is ook mogelijk om, om economische redenen, pellets te gebruiken.
De bevalling, het zogen en het spenen
Bij de geboorte varieert het aantal jongen tussen 8 en 10, maar ze kunnen veel talrijker zijn, tot 18. In dat geval is het onwaarschijnlijk dat ze allemaal kunnen overleven.
Ze wegen gemiddeld 8-10 gram, zijn blind, doof en haarloos. Vanwege de kleine grootte van de jongen, is het zeldzaam dat de frettenmoeder problemen ondervindt tijdens de bevalling. Normaal heeft ze geen hulp nodig en de bevalling gebeurt in een paar uur, met een interval van enkele minuten tussen elke jongen.
Vanaf hun geboorte begint de 'moeder' instinctief te likken en knipt de navelstreng door om ze van de placenta te scheiden. Sommige vrouwtjes kunnen de placenta eten: een bron van voedsel, maar het beïnvloedt de melkproductie niet.
De kleine fretten
Het is belangrijk om de moeder niet te storen tijdens de bevalling en controles moeten zeer discreet worden uitgevoerd. Afhankelijk van het soort relatie tussen de eigenaar en het dier, kan het vrouwtje ofwel zijn aanwezigheid en aaien accepteren, of hem aanvallen als hij probeert de kleintjes te benaderen. De groei van de jongen is heel snel: vanaf drie weken na de geboorte is het mogelijk om frettenvoer voor hun beschikbaar te stellen (gehomogeniseerd vlees, blikvoer voor katten, korrels gemengd met oplosmelk voor kittens), dat ze kunnen eten zelfs als de ogen nog niet geopend zijn (wat gebeurt tussen 3-4 weken oud).
Vanaf de leeftijd van 3 weken moet je beginnen de kleintjes op te pakken, om ze te wennen aan contact met mensen.
De jongen kunnen na zes weken van hun moeder gescheiden worden; om de melkproductie te verminderen is het geschikt om elke dag één kleintje bij de moeder weg te halen, te beginnen met de grootste.
Eenmaal gespeend, is het vrouwtje opnieuw krols, tenzij het herfst is, het seizoen dat het einde van de voortplantingsactiviteit markeert. Ze zal de volgende lente weer krols zijn.
Gerelateerde artikelen:
Welke kooi moet ik kiezen voor mijn fret?
De rui bij konijnen en fretten
Welk voedsel voor mijn fret?
De essentiële zorg voor mijn fret
Hoe zorg ik goed voor een fret?
Ik wil een fret!
Hoe de nagels van mijn fret knippen?
Sterilisatie bij de fret
Hoe de tanden van mijn fret poetsen?
